Rennes-le-Château en Bérenger Saunière

Op 1 juni 1885 werd Bérenger Saunière de nieuwe pastoor van Rennes-le-Château. Hij verdiende net als de vele andere plattelands collega's gemiddeld 30 euro per jaar en dat werd aangevuld met giften van de parochianen, vissen en jagen. Zijn huishoudster was Marie Denardnaud die de rest van zijn leven bij hem zou blijven.


De restauratie van de kerk

In 1891 begon Saunière, aan de restauratie van de oude dorpskerk uit 1059, de heilige Maria Magdalena kerk. In de pilaren van het altaar vond de pastoor vier perkamenten rollen, verzegeld in houten kokers. Twee ervan omschrijven stambomen en de twee anderen uit 1780 (mogelijk gemaakt door zijn voorgangers) bevatte ingenieuze codes. De perkamenten verwijzen o.a. naar de Merovingen en Dagobert II. De meeste codes zijn erg ingewikkeld maar sommigen ook weer heel eenvoudig.

Zoals:

Á DAGOBERT II ROI ET A SION EST CE TRESOR ET IL EST LÀ MORT
Deze schat behoort aan Koning Dagobert II en aan Sion en hij is daar dood.

Saunière meldde zijn vondst aan de bisschop en deze stuurde hem meteen naar Parijs om de rollen aan de hoogste kerkelijke autoriteiten te laten zien.


Meer geheimen

Terug in Rennes-le-Château ging Saunière verder met de restauratie van de dorpskerk, maar zijn onderzoeken werden steeds mysterieuzer. Teksten op grafstenen bleken codes te bevatten die hij vervolgens weer vernietigde. Hij maakte samen met zijn huishoudster geheimzinnige tochten in de omgeving, begon met onbekende mensen te corresponderen, verzamelde postzegels en er begonnen zich onduidelijke financiële transacties of te spelen.

Vanaf 1896 gaf hij ongebreideld geld uit tot een totaal van een equivalent van 7 miljoen euro! Dorpswegen werden verbeterd, een toren werd gebouw ter ere van de heilige Maria Magdalena, een villa werd gebouwd, etc. Boven de ingang van de kerk verscheen de spreuk:

TERRIBILIS EST LOCUS IS TE (deze plaats is verschrikkelijk)

Hij ontving bijzondere gasten waaronder de neef van Frans Jozef, de keizer van Oostenrijk. Toen Saunières werd gevraagd verantwoording af te leggen aan de bisschop weigerde hij dat en werd hij uit zijn ambt ontheven, maar het Vaticaan zuiverde hem van de blaam.

Saunière zou iets gevonden hebben waardoor hij voor het oog van de buitenwereld heel erg rijk leek.


De erfenis

Op 22 januari 1917 stierf Saunière op de leeftijd van 66 jaar, aan de gevolgen van een beroerte. Hij werd opgebaard op een stoel in de Tour Magdala. De opening van het testament was een teleurstelling want hij had al zijn bezittingen al geschonken aan zijn huishoudster.

De huishoudster woonde in de nieuwe villa en kon rijk leven tot de invoering van de nieuwe franc in 1946. Geld kon worden ingewisseld als bewezen kon worden waar het geld vandaan was gekomen. Marie besloot het geld te verbranden, ze verkocht haar villa en overleed op 29 januari 1953 in armoede. Ook zij nam het geheim mee in haar graf.

De villa Bethania werd verkocht aan de hotelier Nöel Corbu die er begin jaren 50 een restaurant opende. Corbu wakkerde het vuur van de schat aan om gasten voor zijn restaurant te interesseren.

Sindsdien wordt Rennes-le-Château overspoeld met schatgravers op zoek naar het geheim, dat nog niemand heeft kunnen vinden!

Maar sommigen beweren dan ook: DE SCHAT LIGT NIET IN RENNES-LE-CHÂTEAU, MAAR IN STENAY!!

Lees verder over Stenay »